Frankrijk was reeds sinds 1294 in oorlog met Engeland. Op 7 januari 1297 sloot Gwijde van Dampierre een verbond met de Engelse koning Edward I. Twee dagen later zegde hij zijn leenmanschap ten opzichte van Filips IV op. Frankrijk reageerde door een leger naar Vlaanderen te sturen.
Op 20 augustus 1297 werd in Bulskamp bij Veurne slag geleverd tussen dit Franse leger en een onderbemand Vlaams leger. De Vlamingen werden verslagen, niet in het minst omdat de meeste Vlaamse ridders overliepen naar de Franse kant. De Fransen rukten verder op.
Acht dagen later landde Edward I in Sluis met een klein hulpleger en trok naar Gent, alwaar de graaf verbleef op dat moment. In de loop van september slaagden de Fransen er in om onder andere Rijsel en Brugge te veroveren. Bij de wapenstilstand die in oktober werd gesloten was half Vlaanderen bezet door de Fransen.
In maart 1298 keerde Edward I terug naar Engeland na rellen tussen zijn soldaten en de plaatselijke bevolking van Gent. Zijn tussenkomst was uiteindelijk nutteloos. Eind juli van hetzelfde jaar sloot Edward terug vrede met de franse koning, tegen zijn verdrag met Gwijde van Dampierre in.
Pas op zes januari 1300 liep de wapenstilstand ten einde. Het Franse leger zette haar veldtocht onder Karel van Valois, broer van de Franse koning, verder en begon de rest van Vlaanderen te veroveren. Graaf Gwijde, uitgeput op een leeftijd boven de 70 jaar, droeg de macht over op zijn oudste zoon Robrecht van Bethune.
Begin mei 1300 viel met Ieper de laatste Vlaamse stelling en Vlaanderen capituleerde. Gwijde, Robrecht en verscheidene andere Vlaamse ridders werden gevangen gezet in Frankrijk. De Franse ridder Jacques de Châtillon de Saint-Pol werd landvoogd van Vlaanderen benoemd. Vlaanderen maakte nu integraal deel uit van het Franse kroondomein.
Meer info over de Franse veroveringstocht en de Engelse interventie kan u o.a. terug vinden in :
J. VANBOSSELE, Kortrijk Anno 1302, Kortrijk, 2002.