Joris van Zerkingen

Joris van Zerkingen

Joris werd geboren in de herfst van het jaar 1269. Hij heeft nog drie zusters, Machteld, Goedele en Hadewych, maar Joris is de tweede in de rij. Zijn vader Gwijde is ministeriaal aan het hof van de Prins-bisschop van Luik. Tot zijn tiende woont Joris in Sint-Truiden, alwaar zijn ouders een klein versterkt huis bewonen in de heerlijkheid Zerkingen.

Vanaf zijn tiende levensjaar gaat hij mee met zijn vader naar het hof van de Prins-bisschop in Luik. Vanaf de herfst van 1282 is dat Jan van Vlaanderen, een zoon van de graaf van Vlaanderen. Daar krijgt hij een algemene opleiding in de wapens en leert zelfs een beetje lezen en schrijven.

In augustus 1297 maakt zijn vader Gwijde deel uit van de hulptroepen die door graaf Gwijde van Dampierre van Vlaanderen aangeworven zijn. De Vlaamse graaf heeft immers zijn leenmanschapsverbinding met de Franse koning Filips IV de Schone verbroken en hij verwacht een inval van een Frans leger. Dit Franse leger verslaat het Vlaamse leger op 20 augustus 1297 in de Slag van Bulskamp bij Veurne. Joris' vader sneuvelt.

In Luik maakt Joris inmiddels kennis met Willem van Gulik de Jongere, kleinzoon van de Vlaamse graaf. Willem werd immers benoemd tot proost van de Sint-Lambertuskerk in Luik. Willems oudere broer die ook Willem heette (de Oudere) was de aanvoerder van het Vlaams leger in 1297. Hij bezweek na de slag aan zijn verwondingen. Joris en Willem kunnen het goed met elkaar vinden en Joris maakt snel deel uit van het gevolg van Willem. De entourage van de jonge prins is wereldser dan wat men zou verwachten van een toekomstig kerkvorst. Hij omringt zich met magiërs en raadgevers van diverse pluimage, en houdt zich meer bezig met militaire zaken dan met de Kerk. Joris voelt zich wel thuis bij de schildknapen en wordt lijfwacht van de prins.

In 1300 trekt Willem van Gulik naar Bologna om er te gaan studeren. Joris gaat mee met de rest van het gevolg. Het zonnige Italiaans klimaat en de uitgesproken studentikoze atmosfeer in de universiteitsstad brengen Willem er toe eerder de taveernes te bestuderen dan zijn theologische cursussen. Na ongeveer een jaar wordt hij teruggeroepen naar Luik.

In Vlaanderen komt het volk ondertussen in opstand tegen de Franse bezetter. Graaf Jan van Namen, zoon van Gwijde van Dampierre, vraagt zijn neef Willem van Gulik de militaire leiding van de opstand van de Liebaarts (de aanhangers van de Vlaamse graaf en de ambachten) op zich te nemen en het grafelijke huis te vertegenwoordigen. In het voorjaar van 1302 trekt Willem met zijn gevolg naar Brugge en wordt er benoemd tot ruwaard van Vlaanderen. Joris ontmoet in Brugge Elisabeth, dochter van de rijke patriciër Ywein vanden Hoorne in wiens huis hij te gast is en verblijft. Beiden worden verliefd op elkaar.

De Franse landvoogd Jacques de Châtillon trekt met een kleine legermacht naar Brugge om de stad terug te onderwerpen. De stemming slaat om en de Liebaarts moeten vluchten. Ook Joris is verplicht met Willems gevolg weg te trekken. Hij blijft echter in Damme in de buurt van Brugge, om niet te ver van zijn geliefde te zijn.

De Franse koning stuurt een groot leger om Vlaanderen definitief te onderwerpen. De Vlamingen wachten hen op in Kortrijk om slag te leveren. 's Morgens vroeg op 11 juli 1302 wordt Joris samen met een veertigtal anderen ridder geslagen, net voor de slag. Tijdens de slag voert Joris een kleine coningstavelrij aan van de Brugse stadsmilitie. De strijd wordt ongemeen hard gevoerd en Joris geraakt licht gewond aan zijn been door een militieman die net iets te enthousiast met zijn goedendag rondzwaaide. Daardoor kan hij niet meedoen met de achtervolging van de vluchtende Fransen, maar blijft bij zijn heer om het slagveld tot de volgende ochtend te bewaken.

Joris van Zerkingen

Tijdens de feestelijkheden die op de overwinning volgen trouwt Joris met Elisabeth. Er is echter weinig tijd om van hun geluk te genieten want de verdediging van Vlaanderen eist de aandacht van Willem van Gulik en Joris moet hem volgen. Dusdanig maakt Joris nog de slag bij Arques en de slag van de Pevelenberg mee. Tijdens deze laatste slag sneuvelt Willem van Gulik. Joris biedt vervolgens zijn diensten aan de stad Brugge aan. Vanaf oktober 1304 woont Joris samen met Elisabeth in Brugge. Hij helpt mee in de zaak van zijn schoonvader, een lakenhandelaar, en dient verder nog als coningstavel in de stedelijke militie.

einde

Joris van Zerkingen heet in het werkelijke leven Joris de Sutter. Hij is de oprichter van de Liebaart. Beroepshalve is hij project manager in een softwarebedrijf.